414 21 October 1911. moeten gehouden worden op de kostelooze scholen, doch dat willen de tegenwoordige geneesheeren ook wel doen. Spreker ziet er niet tegen op, om geld uit te geven, wanneer dat in het belang is van de geneeskundige armenverzorging. Maar in de gegeven omstandigheden zou het onverstandig zijn, dezen duren weg in te slaan, die niet beter is dan de oude. De heer HEIJLAERTS heeft met genoegen de bestrijding van het voorstel van den heer Reigersman aangehoord. Spreker is zelf 24 a 25 jaar gemeente geneesheer geweest en kan dus van ondervinding spreken. De tegenwoordige regeling is bepaald goed. De heeren Bossers en Hofman zijn bekwame ge neesheeren, die hunne taak naar behooren waar nemen. Wel wordt eens geklaagd, maar vaak ten onrechte. Dat heeft spreker ook ondervonden. Er zijn altijd menschen, die klagen, als men niet hard genoeg loopt. Dezulken zeggen al heel gauwlaat hem maar halen, want hij wordt er toch voor betaald. De tegenwoordige geneesheeren behandelen de ge wone gevallen en mochten zich ernstige gevallen voordoen, dan hebben zij het gasthuis en het diaco- nessenhuis ter hunner beschikking. Het zou dus voor de tegenwoordige geneesheeren een klap in het aan gezicht zijn, als met de bestaande regeling gebroken werd. Met het voorgenomen schooltoezicht willen ook de tegenwoordige geneesheeren zich wel belasten. Ook moet niet uit het oog verloren worden, dat de geneesheeren thans hunne patiënten naar specialiteiten kunnen zenden. Dat kost nu voor de gemeente niets, maar zal bij de nieuwe regeling ophouden. Spreker herinnert er verder aan, dat in verschil lende andere plaatsen, o. a. Groningen, Amsterdam,

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1911 | | pagina 414