21 October 1911.
437
De voorzitter, onderbrekende, verzoekt den
spreker geene insinuatiën te bezigen. De heer Vencker
staat daar ver boven verheven.
De heer VAN KEPPEL, zijne rede vervolgende,
zegt, dat hij volstrekt geene insinuatie bedoelt, maar
alleen de feiten wil constateeren. En nu wil het toe
val, dat de voorzitter van de vennootschap „Volks
huisvesting", die tegelijk de architect is van dit
bouwplan, als technisch lid zitting heeft in de ge
zondheidscommissie en dus daar zijn eigen werk niet
zal afkeuren. Een tweede lid der gezondheidscom
missie is gewezen voorzitter van de vereeniging, een
derde lid woont in Teteringen en een vierde lid, tevens
voorzitter van de gezondheidscommissie, is ook lid
van het dagelijksch bestuur.
Maar er is nog een ander college, wier advies
had kunnen worden gevraagd, b. v. de commissie van
bijstand in het beheer der openbare werken. Ook om
technische redenen ware dit gewenscht geweest.
Als men werkelijk verbeteringen op het oog heeft,
dan ware het beter, deze woningen voor een ander
doel in te richten, b.v. voor werkplaatsen. De koopsom
van f 2500,kan geen bezwaar zijn. Als die ge
bouwen het radicaal van woning hebben verloren,
kan het bouwtoezicht beter optreden. Er zijn nu al
vier woningen, welke niet meer bewoonbaar zijn, en
waarvan de eigenaar niet gemakkelijk tot reparatie
zal overgaan.
Spreker geeft dus in overweging deze woningen
te vervormen tot werkplaatsen. Wijst de raad het
plan niet af, dan zal een vicieuse toestand worden
bestendigd.