11 November 1911.
449
het hier geldt, niet goed heeft bekeken. De boom is
stervendedezen zomer waren er bijna geen bladeren
meer aan en het volgend jaar zal hij wel geheel
kaal zijn. Was het niet beslist noodig hem te vellen,
dan was de heer Waals niet met het voorstel daar
toe gekomen. Dat de iep de stormen heeft weerstaan,
is juisthij zal dan ook niet omwaaien, maar hij is
stervende en kwijnt weg.
De heer REIGERSMAN heeft den indruk gekregen,
dat de boom den vorigen zomer nog een magni-
fieken bladertooi had.
De voorzitter meent, dat de heer Relgersman
zich vergist.
De heer REIGERSMAN blijft bij zijn voorstel, om
den boom ten minste nog één jaar te behouden. Men
kan hem dan een volgenden zomer nog eens goed
bekijken.
De heer ROMBOUTS zegt, dat ook hij overtuigd
is, dat het noodig is, het advies van den opzichter
der beplantingen te volgen. Spreker wil echter den
heer Reigersman in overweging geven, met het voor
stel mede te gaan, doch burgemeester en wethou
ders op te dragen, om eerst den heer Waals nog
eens in gemoede af te vragen, of het beslist nood
zakelijk is den bedoelden iep te rooien, en de beslis
sing dan aan burgemeester en wethouders over te
1 ten. Spreker heeft echter geen hoop, dat de boom
behouden kan blijven, daar hij bezig is van boven in
te kankeren, waardoor het hout waardeloos wordt.
Toen den vorigen zomer de bliksem er in sloeg,
meenden burgemeester en wethoudersdie boom
moet weg. De heer Waals wilde hem echter nog