18 November 1911. strook, die een rechte lijn vormt tot privaat, open plaats en daar aanwezige ramen, en waar licht en lucht onbelemmerd kan instralen en doorstroomen, blijft onveranderd. Pijnlijk is dan de conclusie in bedoeld rapport. Dit nadeel, (dat is de koker, waarvan de directeur een onjuiste voorstelling gaf, dat kan zijn het ge brek aan licht en lucht, dat op geen wijze getem perd of belemmerd wordt) ik zeg, dit nadeel weegt m. i. zwaarder dan het voordeel van een weinig meer ruimte op den zolderalsof de directeur niet weet, dat die weinig meer ruimte een logisch gevolg is van het verplaatsen van het privaat. En om dat nadeel, dien ongezonden toestand te ver anderen, daar richt ik met vertrouwen tot mijne medeleden het dringend verzoek, juist in dit bij zondere geval, ter wille van de dringende nood zakelijkheid, mijn voorstel te steunen om de aan vraag tot ontheffing van art. 14 door den heer Laene, zooals deze door hem ingediend is, onvoor waardelijk, d.w.z. met recht tot verhoogen van een keukenuitbouw, te willen goedkeuren. De heer ROMBOUTS zal niet ingaan op de op gewonden redeneeringen van den heer Smits. Alleen wil spreker verklaren, dat de gezondheidscommissie wel degelijk de zaak plaatselijk heeft onderzocht en dat zij steeds handelt volgens plicht, zonder aanzien des persoons. Overigens is spreker het geheel eens met den directeur der gemeentebe drijven, waar hij spreekt van een koker. De bin nenplaats is nagenoeg geheel door muren omgeven en heeft slechts eene oppervlakte van ruim 4 M2., terwijl de achtergevel eene hoogte krijgt van on geveer 16 M.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1911 | | pagina 468