Ci.
18 November 1911. 479
Bij de reiniging is geen voldoende badgelegenheid.
Zeep is er niet voorhanden. Bij verkiezingen wordt
er geene bekendmaking opgehangen, aanwijzende de
uren, waarop de werklieden gelegenheid hebben om
te gaan stemmen. Zelfs is het bij verkiezingen ge
beurd, dat van een werkman bij de gemeentewerken
één uur loon wegens verlet werd ingehouden.
Ook met de verloven wordt al zonderling omge
sprongen. Bij sterfgevallen wordt slechts één dag,
doch bij eene bruiloft twee dagen verlof verleend.
De loonregeling is niet, zooals zij behoorde te zijn.
Bij de laatste verhooging is het voorgekomen, dat
zij, die het minste verdienden, het slechtste werden
bedacht.
Dezen zomer is de bestrating op den Haagdijk
in eigen beheer uitgevoerd, doch daarbij is gebleken,
dat de straatmakers tijdens de hitte nu en dan
eenige minuten rust kregen en daarna des te harder
werden afgejakkerd.
Bij de gasfabriek komen uurloonen van 12 cent
nog wel degelijk voor, al is het dan maar alleen
bij tijdelijke werklieden. Door ieder jaar een ontslag
brief te teekenen en hen opnieuw aan te stellen,
blijven zij losse werklieden.
De badgelegenheid voldoet niet aan de eischen,
evenmin het schaftlokaal en de jassenkamer.
Het aantal verlofdagen behoorde op 6 te worden
gebracht, hetgeen zeer bescheiden mag genoemd
worden. In plaats van vrijaf op kermis en carnaval
behoorde eene kleine vacantie te worden gegeven
voor ontspanning der werklieden. Maar kermis en
vastenavond zijn niet de vermaken voor het toe
komstig proletariaat.
Op verlofdagen diende ook nog een kleine toeslag
van b.v. 50 cent op het loon te worden verstrekt,