484
18 November 1911.
Burgemeester en wethouders wijzen er verder op,
dat ook de omliggende gemeenten hunne medewer
king zouden moeten verleenen. Spreker acht dit
zeer gewenscht en een radicaal middel, maar Breda
zou kunnen beginnen. Op welke manier de steun
moet worden verleend, zou kunnen blijken uit het
rapport eener commissie ter bestudeering van dit
vraagstuk. Daarom spijt het spreker zeer, dat zijn
voorstel tot instelling van zoodanige commissie het
vorig jaar niet is aangenomen.
Wat de arbeidsbeurs betreft, komt het spreker
voor, dat burgemeester en wethouders zich van
zoodanige instelling geen voldoende rekenschap
hebben gegeven. Het is een neutraal terrein, waar
werkgever en werknemer elkaar ontmoeten, onver
schillig van waar ze komen.
Eiken dag kan men hier hft verschijnsel waar
nemen, dat werklieden naar buiten gaan en omge
keerd, dat werklieden van elders hier arbeid komen
verrichten. Het platteland zou er dus ook van
kunnen profiteeren. De arbeiders concentreeren zich
in de grootere plaatsen. Breda zou het centrum
van arbeidsgebied kunnen worden, en in dit opzicht
ware de instelling eener arbeidsbeurs voor Breda
van groot belang.
Daarom wil spreker terugkomen op zijn vroeger
voorstel, om eene commissie in het leven te roepen,
aan welke wordt opgedragen het vraagstuk betref
fende de werkloozenverzekering en het oprichten
eener arbeidsbeurs in studie te nemen en hierover
aan den raad rapport uit te brengen.
Ook de instelling eener commissie voor sociale
aangelegenheden acht spreker zeer gewenscht. Deze
commissie zou de raad kunnen voorlichten omtrent
alle zaken van socialen aard. Er zijn nu reeds 23