492 18 November 1911.
het familieloon minstens f 14,a f 15,moet be
dragen.
Spreker ondersteunt de voorstellen van den heer
van Hulten. Waar deze echter van gansch anderen
aard zijn, dan het zijne, hoopt spreker dat de heer
van Hulten, uit contra- beleefdheid, ook zijn voor
stel zal steunen.
Vervolgens haalt spreker nog aan de loonpassage
uit de encycliek Rerum Novarum en handhaaft ten
slotte de door hem voorgestelde motie.
De voorzitter, de verschillende sprekers be
antwoordende, wijst allereerst de opmerking van den
heer van den Brink af, dat deze begrooting niet
zou getuigen van socialen zin bij het dagelij ksch be
stuur, omdat verschillende posten daaraan ontbreken.
Waartoe zou het echter dienen, al die zaken, waarop
de heer van den Brink doelt, thans opnieuw aan
de orde te stellen, bij herhaling wetende, dat de
raad er niet van gediend is.
Maar de sociale zin voor den werkman zit ook in
de portemonnaie. En dan blijkt deze wel degelijk
uit eene verhooging der loonen, waarvoor de noodige
gelden zijn uitgetrokken.
Wat de duurte der levensmiddelen betreft, deze
is niet in de afdeelingen ter sprake gebracht, zoodat
spreker daarop niet kan ingaan. Wel kan spreker
zeggen, dat, als de raad met de weldra te verwachten
nieuwe loonregeling medegaat, de werklieden in deze
gemeente heel wat vooruit zullen zijn op die van alle
andere gemeenten in het Zuiden des lands. In Maas
tricht worden er nog gemeentewerklieden door het
armbestuur bedeeld. In den Bosch zijn nog een 85
tal werklieden, die een loon genieten van f 7,