18 November 1911. 545 commissie voor de volkshuisvesting, doch meent, dat zij niet voldoende rekening heeft gehouden met de practische wijze, jwaarop verkeerde woningtoestanden behooren te worden opgelost. Er ontbreekt koopmans- beleid aan. Voor f 5500,— kan men nog wel een ander complex van woningen vinden. Er zijn onlangs nog tien woningen verkocht in de Valkenstraat voor f 2400,en 13 woningen in de Bouwerijstraat. Deze panden zouden heel wat doelmatiger verbeterd kunnen worden dan die in de Rozemarijnstraat. Spreker komt dan ook tot de conclusie, dat de com missie de woningen veel te duur betaald heeft en dat zij verkeerd is voorgelicht. De heer VAN KEPPEL is er burgemeester en wethouders dankbaar voor, dat zij ook het gevoelen hebben ingewonnen van den directeur der openbare werken. Daaruit blijkt, dat van alles, wat spreker in de vorige vergadering tegen dit plan heeft aan gevoerd, er absoluut niets weersproken wordt. Spreker kan dan ook wel instemmen met de beschouwingen van den directeur, maar niet met de conclusie van het rapport. Het rapport op den voet volgende, wijst spreker er op, dat dit bestaat uit drie deelen. Het eerste deel bevat eene breede uiteenzetting van de verbeteringen, die zullen worden aangebracht, om de woningen in een goeden toestand te brengen. Deze wekken den schijn, dat dan alles wel in orde zal zijn en de woningen voorbeelden van goeden bouw zullen genoemd kunnen worden. Het eerste punt is de afbraak eener woning, om dat die den toevoer van lucht en licht tot het pleintje belemmert. Het is een denkbeeld, bij de vereeniging opgekomen, toen zij de woningen heeft gezien. Maar

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1911 | | pagina 545