23 December 1911.
593
De gewone werktijd bedraagt ten hoogste 10 uren
per etmaal in den tijd tusschen vijf uur 's morgens
en tien uur 's avonds. De schafturen zijn onder deze
10 uren niet begrepen.
De twee voorgaande bepalingen zijn niet van toe
passing op hen, die
b. in den regel belast zijn met eenige bijzondere
verzorging of het houden van toezicht of admini
stratie en daarvoor eene afzonderlijke toelage of
overuren betaald krijgen;
De werk-, schaft- en rusttijden, worden voor eiken
tak van dienst geregeld door het hoofd van dien
dienst. Die tijden worden bekend gemaakt op door
het hoofd van den tak van dienst onderteekende
werkroosters.
Deze bepalingen worden achtereenvolgens
zonder bedenking goedgekeurd.
Onder overwerk wordt verstaan het werk dat de
werkman te verrichten heeft buiten den in den
werkrooster vallenden werktijd, ingevolge opdracht
van het hoofd van den tak van dienst of diens
plaatsvervanger.
Werktijd.
a. behalve hun loon vrije woning genieten, al of niet
met andere emolumenten
c. niet gedurende den vollen wekelijkschen arbeidstijd
in dienst der gemeente werken
d. ingevolge het drieploegenstelsel of soortgelijke
regeling een korteren werktijd hebben
e. op grond van den aard hunner werkzaamheden,
dag-, nacht- en Zondagsdienst hebben.
Overwerk.