a
23 December 1911. 607
aanleiding van berichten, welke voorkomen in het
nieuwsblad „de Strijd." Het eerste bevat tot opschrift
„Meten met twee maten." Daarin wordt gewezen op
het feit, dat een werkman van de gasfabriek inder
tijd geen verlof kreeg, om deel te nemen aan de
kiesrechtmeeting in Den Haag, terwijl onlangs wel
een werkman, met behoud van loon, in de gelegen
heid werd gesteld om de zouavenprotesten te gaan
bijwonen. Verder wordt daarin gewezen op het brute
optreden van de clericale overmacht, met betrekking
tot de oudersavonden. Aan de hoofden der openbare
scholen zijn toegangskaarten uitgereikt, om die aan
de leerlingen rond te deelen, terwijl de openbare
school op die bijeenkomsten door de sprekers is
afgekamd. Spreker meent, dat het verstandiger ware
geweest, wanneer de openbare onderwijzers zich niet
hadden laten verleiden tot het uitreiken van die
toegangsbewijzen. In geen geval behoorden zij daar
voor in de school propaganda te maken.
De voorzitter antwoordt hierop, dat de eerste
opmerking van den heer van den Brink een zekeren
kern van waarheid bevat. Inderdaad is een der stokers
naar het zouaven-congres geweest, waarvoor hem een
dag verlof werd verleend, met verplichting om, zooals
tot dusver gebruikelijk was, op eigen kosten een
invaller te stellen. Nu heeft het toeval gewild, dat
dien dag één der ovens werd afgezet wegens te groote
gasproductie, zoodat de invaller 3 uur heeft gewerkt
en van den stoker betaald gekregen, terwijl deze
laatste toch zijn volle dagloon genoot, verminderd
met bovengemelde vergoeding. Bij de invoering der
nieuwe regeling kan dat niet meer voorkomen. De
gemeente stelt dan zelf de plaatsvervangers.
Wat betreft het uitreiken van convocatiebiljetten