18 Februari 1911. 77 Spreker hc-rhaalt dan, dat de heer de Wolf, die vroeger van boekhouder tot architect werd bevorderd, door dit voorstel wel degelijk wordt gedegradeerd. Hij is thans het hoofd van publieke werken en dat zal nu een ander worden. Daaruit volgt, dat er eene degradatie inzit; dat kan niet worden ontkend. Nu hem eene andere betrekking wordt opgedragen, kan er geen reden zijn, om het tegenwoordige hooge salaris te behouden. Spreker blijft zich verder ver zetten tegen het hooge tractement van den te be noemen titularis en zal dus tegen het voorstel stem men, ofschoon hij er veel sympathie voor heeft. De heer VAN HULTEN wijst erop, dat door den voorzitter de nadruk er op gelegd is, dat men een prima, man wenscht. Spreker vreest, dat die ook prima werk zal vorderen, hetgeen prima geld zal kosten. Liever zag spreker een tweede klas man, waarmede Breda het ook wel zou kunnen stellen. De voorzitter zegt, dat men zal moeten af wachten, welke sollicitanten er zullen komen. Het eerste voorstel tot intrekking van het raads besluit van '21 Mei 1910, houdende vaststelling der jaarwedde van den nieuw te benoemen directeur der gasfabriek en waterleiding, wordt alsnu zonder hoof delijke stemming aangenomen. Vervolgens worden eveneens zonder hoofdelijke stemming aangenomen de beide andere voorstellen tot instelling der betrekking van directeur der open bare werken en der bedrijven en van adjunct-direc teur der openbare werken, alsmede tot vaststelling van de aan genoemde betrekkingen verbonden jaar wedden.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1911 | | pagina 77