lt> Maart 1912. Vóór waren de heeren Lijdsman, O vering, van Gastel, Meeuwesen, Bom, Merkelbach van Enk huizen, van den Brink en van Hulten. De heer HEIJLAERTS was bij deze stemming afwezig. 21. Voorstel van burgemeester en wethouders tot onbewoonbaarverklaring van de woningen aan den Haagdijk noa. 173, 175, 177 en 179, luidende als volgt: „Blijkens het hierbijgevoegd schrijven adviseert „de gezondheidscommissie tot onbewoonbaarverklaring „van de woningen aan den Haagdijk nos. 173, 175, „177 en 179 en van eene woning, thans pakhuis, „ongenummerd (eigenaar C. Mermans te Teteringen). „Uit het mede hierbij gevoegd rapport van den „directeur der openbare werken en bedrijven blijkt, „dat deze woningen in bouwvalligen toestand ver- „keeren en door het aanbrengen van verbeteringen „niet in bewoonbaren staat zijn te brengen. „Wij hebben de eer U mitsdien voor te stellen „bovenbedoelde woningen onbewoonbaar te verklaren, „met last tot ontruiming binnen den tijd van twee „maanden. „Voor zooveel noodig wenschen wij hierbij te doen „opmerken, dat de onbewoonbaarverklaring van het „gebouw, thans als pakhuis in gebruik, niet behoeft „te worden uitgesproken, omdat het krachtens art. 5 „der woningwet verboden is, zonder vergunning van „burgemeester en wethouders een gebouw tot woning „in gebruik te nemen, hetwelk laatstelijk niet als „woning werd gebezigd. Eene eventueele aanvrage „om vergunning zou getoetst moeten worden aan „de bepalingen der bouwverordening, zoodat in zoo- 101

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1912 | | pagina 101