JU 152 24 Mei 1912. De voorzitter vraagt, of de raad zich met deze voordracht kan vereenigen. Niemand der leden hiertegen eenige be denking hebbende, wordt dienovereenkom stig besloten. 8. Schrijven van burgemeester en wethouders alhier, daarbij, ter voorziening in de vacature van lid van het burgerlijk armbestuur alhier, wegens de periodieke aftreding op 1 Juni e.k. van den heer mr. D. H. J. van Mens, ter benoeming aanbevelende de heeren: lo. mr. D. H. J. van Mens, aftredend lid, 2o. C. F. C. M. Laurijssen. Wordt overgegaan tot stemming. Er worden uitgebracht 19 stemmen, waarvan 16 op den heer van Mens en 2 op den heer Laurijssen, terwijl 1 briefje van onwaarde werd verklaard. Zoodat de heer mr. D. H. J. van Mens opnieuw is benoemd tot lid van het burger lijk armbestuur alhier en zulks voor den gewonen tijd van zitting. 9. Schrijven van burgemeester en wethouders alhier, daarbij, ter voorziening in de vacature van lid van het college van regenten van het oude mannenhuis alhier, wegens de periodieke aftreding op 1 Juni a.s. van den heer P. L. Faes, ter be noeming aanbevelende de heeren: 10. P. L. Faes, aftredend lid, 2o. J. M. A. C. J. Smits. Wordt overgegaan tot stemming.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1912 | | pagina 152