24 Mei 1912. 155
„der leeraren aan de hoogere burgerschool, vast
gesteld bij raadsbesluit van 29 April 1910, en
„goedgekeurd door den Minister van Binnenlandsche
„Zaken bij brief van 14 Mei 1910 no. 3409, afdee-
„ling H. M. O.
„Gelet op art. 13 der wet van 9 Mei 1890 (Staats
blad no. 78), tot regeling van de pensioenen der
„burgerlijke ambtenaren;
„Heeft besloten:
„de grondslagen voor de berekening der bijdragen
„voor pensioen van den heer H. Corver, te rekenen
„van 16 April 1912, vast te stellen als volgt:
„a. als leeraar aan de hoogere burgerschool
op f 2038,93;
„b. als leeraar aan het gymnasium op f 556,07."
Zonder bedenking wordt gemeld ontwerp
besluit goedgekeurd.
12. Ontwerp-besluit, met memorie van toelich
ting, strekkende tot af- en overschrijving op posten van
uitgaaf der begrooting voor het dienstjaar 1911, als:
af te schrijven van:
hoofdst. IV afd. I art. 1 (Jaarwedden politie) f 722,90
V „2 (Kosten bouwpolitie) - 1500,
V „7 (Kosten voorkoming en
bestrijding besmette
lijke ziekten) - 982,20
IX 2'(Kosten ziekenhuis) - 1819,45:
XI 7 (Kosten verkoopingen
enz.)- 226,77
XII 6 (Rente tijdelijk opgeno
men gelden) - 833,33
Transporteeren f 6084,66
6