24 Mei 1912. 175 niet werd aangenomen. Men kan niet wachten, tot dat er ongelukken komen, 't Is er een enorme mis stand. Als belanghebbende daar het kolenpakhuis wil behouden, moet hij weer opnieuw vergunning vragen en dan zullen burgemeester en wethouders het ver zoek in overweging nemen. De heer LIJDSMAN vraagt, of dit voorstel geen verband houdt met eene ingekomen bouwaanvrage. De voorzitter antwoordt hierop, dat er eene aanvrage tot bouwen is ingekomen van Segeren op een verderop gelegen perceel. De heer REIGERSMAN wijst er op, dat het pak huis geheel in de rooilijn staat met de daarnaast gelegen gebouwen, welke in steen zijn opgetrokken. De heer TEYCHINÉ vraagt, of er bezwaar bestaat, dat de man zijn pakhuis nog een half jaar kan laten staan. Het zit thans vol met steenkolen en waar moet de man dan met die kolen blijven. De voorzitter zegt, dat dit eene kwestie van uitvoering is, welke bij burgemeester en wethouders thuis behoort. De heer ROMBOUTS herinnert aan het spreek woord: „gouverner c'est prévoir". Met het oog op het steeds toenemend verkeer met automobielen, is het volstrekt geen luxe, dat daar verbetering komt. Als er morgen eene aanvraag inkomt, om op dat perceel een gebouw te stichten, zou men dat moeten toestaan en eenige verbetering van den verkeersweg zou in de naaste toekomst niet meer kunnen plaats hebben.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1912 | | pagina 175