178 24 Mei 1912.
„Ten einde te beletten, dat herbouw der panden
„zou kunnen geschieden zonder inachtneming der
„gewijzigde rooilijn, is het noodzakelijk, dat op de
„gedeelten grond, welke binnen de nieuwe rooilijnen
„vallen, een bouwverbod wordt gevestigd.
„Wij hebben de eer U mitsdien voor te stellen:
„1°. tot het vaststellen der nieuwe rooilijnen, zooals
„op bijgaande situatieteekening is aangeduid
„2U. vast te stellen het hier bijgevoegd ontwerp
besluit, waarbij verboden wordt, dat gebouwen
„worden herbouwd op die gedeelten van de perceelen,
„welke volgens de nieuwe rooilijnen in de naaste
„toekomst voor den aanleg of verbreeding van straten
„bestemd zijn.
„Indien tot dit laatste besloten wordt, zal het
„ontwerp ingevolge de bepalingen der woningwet
„worden ter visie gelegd en daarover tevens het ad-
„vies der gezondheidscommissie worden ingewonnen,"
De voorzitter vraagt, of de raad zich even
eens met dit voorstel kan vereenigen.
De heer Fr. SMITS zegt, dat hij het voorstel
moet toejuichen, als de wet het middel daartoe
aan de hand geeft. Spreker ontveinst echter niet
de moeilijkheden en de nadeelen, welke daaruit voor
de respectieve eigenaren zullen voortspruiten.
De voorzitter antwoordt hierop, dat bij ver
bouwing van de betrokken panden op de nieuwe
rooilijn moet worden gebouwd. De gemeente is be
reid om voor die hoekjes grond, welke dan bij de
openbare straat worden gevoegd, eene billijke ver
goeding te geven. Bovendien zijn die hoekjes maar
heel klein, doch voor de verbetering van het verkeer
is het zeer gewenscht, dat zij bij de openbare straat