214 1 Juni 1912. kost, terwijl zij dan ook geene uitgaven hebben aan het huren van een paard met voerman. De heer VAN KEPPEL vraagt, of ook overwogen is, om de besproeiing door tusschenkomst van de gemeente en op dezelfde wijze als hier geschiedt, te doen plaats hebben. De voorzitter antwoordt hierop bevestigend, doch voegt er bij, dat dit met uitbreiding van per soneel en aanschaffing van materiaal zou moeten gepaard gaan. Zonder verdere bedenking wordt alsnu besloten overeenkomstig het voorstel van burgemeester en wethouders. 10. Prae-advies van burgemeester en wethouders op het adres van den heer J. M. A. C. J. Smits om ruiling van grond aan den ingang van den Dui- velshoek en waarin wordt voorgesteld: 1°. om den in ruil gevraagden gemeentegrond aan den openbaren dienst te onttrekken; 2°. om met den heer Smits de gevraagde ruiling aan te gaan, waarbij door de gemeente aan hem wordt afgestaan ongeveer 54,87 M2. gemeentegrond van het perceel kadastraal bekend gemeente Breda, sectie B, n°. 4400, tegen afstand door adressant aan de gemeente van 36,87 M2. van zijn perceel, kadastraal bekend sectie B, nu. 205, onder de voor waarden in het bijgevoegde advies van den directeur der openbare werken en bedrijven genoemd en met bepaling, dat adressant aan de gemeente zal betalen eene som van f 90,alsmede alle kosten op de ruiling vallende; en 3°. om het door de gemeente te verkrijgen ge deelte grond te bestemmen voor openbare straat.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1912 | | pagina 214