244 28 Juni 1912. f 11693,99, sluitende alzoo met een goed slot van f 301,24. Dienovereenkomstig wordt besloten. De heer J. M. INGENHOUSZ, voorzitter van het college van regenten van gemelde gesticht, wordt geacht niet tot dit besluit te hebben medegewerkt. 3. Door den heer J. M. INGENHOUSZ wordt namens de commissie, belast geweest met het onder zoek der rekening van het burgerlijk armbestuur over het dienstjaar 1911, gerapporteerd, dat zij die rekening heeft nagezien, met de daarbij gevoegde bescheiden vergeleken en in orde bevonden, weshalve zij adviseert genoemde rekening goed te keuren. De voorzitter zegt ook deze commissie dank voor de genomen moeite en'' stelt voor, overeen komstig de conclusie van het rapport, de onder- werpelijke rekening goed te keur en, "bedragende de ontvangsten f 11703,645 en de uitgaven f 11471,845, sluitende alzoo met een batig saldo van f 231,80. Dienovereenkomstig wordt besloten. De heer mr. W. INGENHOUSZ, voorzitter van het burgerlijk armbestuur, wordt geacht niet tot dit besluit te hebben medegewerkt. 4. De heer VAN DEN BRINK, alsnu het woord gevraagd en verkregen hebbende, wijst erop, dat volgens een bericht in het weekblad „de Strijd", achter in de Bleekstraat zich eene loods bevindt, die bouwvallig is en gevaarlijk voor de werklieden, die daarin moeten verblijven. Spreker vraagt, of burgemeester en wethouders van dit bericht nota hebben genomen.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1912 | | pagina 244