2 27 Januari 1912. „Uwe medewerking in het belang der gemeente is „tot stand gebracht, maar toch wensch ik enkele „zaken te memoreeren, die voor de gemeente en „hare inwoners van groot belang zijn te achten. En „dan wil ik op de eerste plaats wijzen op de vol tooiing van de uitbreiding der ambachtsschool en „van de teekenschool, waardoor het onderwijs aan „die inrichtingen meer tot zijn recht zal kunnen „komen en betere vruchten zal kunnen afwerpen voor „den toekomstigen ambachtsman. „Verder wensch ik te wijzen op de oprichting van „de handelsavondschool en eene gedeeltelijke nieuwe „regeling van de gemeente-bedrijven, terwijl op het „einde van het vorig jaar nog met Uwe medewerking „is tot stand gekomen eene nieuwe loonregeling, „waardoor verschillende werklieden eene verhooging „van loon ontvingen en tevens de tienurige werkdag „bij de gemeente-bedrijven is ingevoerd. „Voorts wil ik U niet lastig vallen met het op doemen van verschillende voorstellen en plannen, „die in overweging zijn. De voornemens zijn wel „goed, maar verschillende omstandigheden kunnen „somtijds verhinderen, dat de plannen tot rijpheid „komen. „Een der gewichtigste vraagstukken, welke echter „in den loop van dit jaar waarschijnlijk Uwe aan dacht zullen vorderen, is het tramvraagstuk en de „daarmede samenhangende oprichting eener electri- „sche centrale en uitbreiding van de gasfabriek. „Wat het tramvraagstuk betreft, is dit thans eenigs- „zins op het doode punt gekomen, door het feit, „dat de vastgestelde provinciale electriciteits-veror- „dening nog niet door de Koningin is goedgekeurd. „Binnen niet te langen tijd kan men echter een „voorstel, zoo niet tot definitieve dan toch tot voor-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1912 | | pagina 2