480 21 December 1912. Housz, Reigersman, Teychiné, Fr. Smits, mr. W. IngenHousz, Scheltus, Rombouts, Heijlaerts, A. F. Smits, Bloemarts, Merkelbach van Enkhuizen, van den Brink en Staal. Tegen waren de heeren van Hulten, Bom, Slecht- riem en van Keppel. 20. Prae-advies van burgemeester en wethouders op het adres van de N. V. Cahen's kleedingmaatschappij, gevestigd te Botterdam, daarbij ontheffing verzoe kende van art. 34 der bouwverordening, met be trekking tot het bebouwen van een open plaats op het perceel, gelegen alhier aan de Lange Brugstraat no. 1 In overeenstemming met de overgelegde adviezen van de gezondheidscommissie en den directeur der openbare werken en bedrijven, wordt voorgesteld op het adres afwijzend te beschikken, aangezien er naar gestreefd moet worden om daar, waar de gelegenheid zich voordoet, in het oude stadsgedeelte wat meer open ruimte te brengen en hier niet aanwezig is eene dringende noodzakelijkheid of bijzondere om standigheid, als bedoeld in art. 14 der bouwveror dening. De voorzitter stelt dit punt aan de orde. De heer Fr. SMITS, wijzende op het ondoelmatige van het voorschrift van art. 14 der bouwverorde ning, hetwelk voornamelijk uit dit geval blijkt, meent, dat er alle aanleiding bestaat om het verzoek toe te staan. Er zal veel meer licht in de woning worden gebracht, dan vroeger het geval was. Het feit, dat reeds een ander plan is goedgekeurd, doet hier niets ter zake.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1912 | | pagina 480