21 December 1912. 487 tu. De heer J. M. INGENHOUSZ, tevens voorzitter van het college van regenten van het oude-mannen- huis, wenscht geacht te worden niet tot dit besluit te hebben medegewerkt. 2. De heer VAN DEN BRINK, alsnu het woord gevraagd en verkregen hebbende, wijst erop, dat door hem enkele maanden geleden de aandacht van burgemeester en wethouders is gevraagd, om de bioscoop aan te wenden ten dienste van de school als leermiddel. In Leeuwarden is reeds een post voor dat doel op de begrooting uitgetrokken. Inmiddels wijst spreker op een artikel in „het Volk", waarbij als hulpmiddel de projectielantaarn wordt aanbevolen. De voorzitter antwoordt hierop, dat deze zaak in behandeling is bij de vereeniging van Nederland- sche gemeenten, zoodat de aandacht daarop gevestigd blijft. De voorzitter sluit alsnu de vergadering.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1912 | | pagina 487