17 Februari 1912.
61
De heer VAN DEN BRINK zegt, dat hij niet
vernomen heeft, dat er in deze gemeente eene or
ganisatie van gemeente-ambtenaren bestaat en hem
ook niet op andere wijze gebleken is, in hoever
de voorgestelde verordening aan de noodzakelijke
eischen beantwoordt. Daarom zal spreker zich bij
het ontwerp neerleggen, doch wenschte slechts deze
opmerking te maken, dat sommige belooningen,
o.a. die van de klerken, hem vrij laag voorkomen.
Ditzelfde geldt ook voor de volgende ontwerp-ver-
ordening.
De voorzitter wijst er op, dat de betrekking
van klerk niet te beschouwen is als een vaste
positie. Zij is slechts een doorgang voor het ver
krijgen van eene betere positie na volbrachte studiën.
En als zoodanig geeft zij een voorsprong op andere
jongelieden, die hunne studie nog moeten voltooien.
De heer BLOEMARTS wenscht slechts eene op
merking te maken over de redactie van het eerste
en tweede lid van art. 7. Aan het slot van het
eerste lid wil spreker doen vervallen de woorden
of ontslagen en achter het woord commissie te laten
volgen de woordenHij wordt ontslagen door den
raad, hetzij op eigen verzoek, hetzij op voorstel van
burgemeester en wethouders, na verhoor der com
missie van bijstand.
Evenzoo behooren aan het slot van de tweede
zinsnede te vervallen de woorden of ontslagen en
achter het woord directeur te volgen de woorden
Zij worden ontslagen door burgemeester en wet
houders, hetzij op eigen verzoek, hetzij op voorstel
van den directeur of dezen gehoord, na verhoor
der commissie van bijstand.