62 17 Februari 1912. De voorzitter zegt, dat burgemeester en wethouders met deze redactiewijzigingen accoord gaan en haar derhalve overnemen. Niemand der leden tegen de ontwerp verordening nog eenige bedenking te ken nen gevende, wordt deze, met inachtne ming der voorgestelde redactiewijzigingen, zonder hoofdelijke stemming aangenomen. 14. Schrijven van burgemeester en wethouders alhier, daarbij ter vaststelling aanbiedende eene ontwerp-verordening, regelende de benoeming enz. van de ambtenaren bij den dienst der openbare werken en van het bouw- en woningtoezicht in deze gemeente. De voorzitter vraagt, of de raad zich ook met deze verordening kan vereenigen. De heer VAN HULTEN vraagt, wat de reden is, waarom de betrekking van inspecteur van het bouw- en woningtoezicht in het leven is geroepen. De voorzitter antwoordt hierop, dat de te genwoordige hoofdopzichter Mol reeds met het bouw- en woningtoezicht is belast. Vroeger was er een opzichter met dat werk belast. Burgemeester en wethouders oordeelden het beter, hem den titel van inspecteur te geven. De heer O VERING vraagt, of de werkzaamheden van den brugwachter verminderd zijn en of er eenige aanleiding toe bestaat, om alleen den tegen woordig en brugwachter in het genot van vrije woning te laten. De voorzitter antwoordt hierop, dat zijne

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1912 | | pagina 62