128 17 Mei 1913. worden uitgebracht, waarvan 9 op den heer Teychiné en 7 op den heer Sassen. Zoodat eveneens is benoemd tot lid van bovengemelde commissie de heer J. J. L. Teychiné. 22. Schrijven van burgemeester en wethouders, daarbij in overweging gevende over te gaan tot de benoeming van leden en plaatsvervangende leden van de stembureaux voor de aanstaande verkiezingen van één lid van de Tweede Kamer der Staten-Gene raal, van leden van de Provinciale Staten en van leden van den gemeenteraad. De heer VAN HULTEN had gaarne gezien, dat de stembureaux werden uitgebreid met eenige per sonen buiten den raad. De voorzitter zegt, dat men in den Haag van dit stelsel is teruggekomen, ofschoon het daar, met het oog op de vele stembureaux, niet mogelijk is uitsluitend raadsleden in de stembureaux te be noemen. Thans is het bezwaarlijk in het voorstel eenige wijziging te brengen, omdat bij de samen stelling der stembureaux met verschillende omstandig heden rekening is te houden. Een volgende maal zullen burgemeester en wethouders in overweging nemen, in hoever aan het verlangen van den heer van Hulten kan worden voldaan. Bij de hierop gevolgde stemmingen worden achter eenvolgens benoemd a. tot leden van de stembureaux voor de verkiezing van één lid van de Tweede Kamer der Staten-Generaal:

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1913 | | pagina 128