17 Mei 1913. 145
De heer BLOEMARTS, lid van het college van
regenten van gemeld gesticht, wenscht geacht te
worden niet tot dit besluit te hebben medegewerkt.
3. Door den heer VAN HULTEN wordt namens
de commissie, belast geweest met het onderzoek der
rekening en verantwoording van het pensioenfonds
der gemeenteambtenaren en hunne weduwen en
weezen over 1912, gerapporteerd, dat zij die rekening,
sluitende met een nadeelig door de gemeente bij te
passen saldo van f 4669,16, heeft nagezien en accoord
bevonden, weshalve zij voorstelt, deze rekening goed
te keuren.
De voorzitter dankt de commissie eveneens
voor het gehouden onderzoek en uitgebracht verslag
en stelt voor, overeenkomstig de conclusie daarvan,
gemelde rekening goed te keuren.
Dienovereenkomstig wordt besloten.
De heeren Scheltus, Teychiné, Bloemarts en
mr. W. IngenHousz, respectievelijk voorzitter en
leden der commissie van bestuur van het pensioen
fonds, wenschen geacht te worden niet tot dit besluit
te hebben medegewerkt.
4. De voorzitter zegt, dat van den heer
Van Hulten een schriftelijk verzoek is ingekomen,
om te worden ingelicht, in hoever burgemeester en
wethouders voornemens zijn eene bioscoopverordening
in het leven te roepen, evenals zulks te Maastricht
en te Sittard is geschied en zulks naar aanleiding
eener bioscoopvoorstelling, onlangs in het Hof van
Holland gegeven, waarvan eene afbeelding aan het
loket was tentoongesteld. Spreker zegt, dat burge
meester en wethouders inlichtingen hebben ingewon-