242
16 Augustus 1913.
om bij de te sluiten overeenkomst het behalen van
meer winst dan in de ontwerp-overeenkomst is vast
gesteld, toe te laten", kan ik dit tot mijn genoegen
onderschrijven. Terwijl in het concept-contract wordt
gesproken van 10% als door de gemeenten te be
halen winst en op het kapitaal door haar te storten
voor aanleg en exploitatie, kan dus onzerzijds als
voorwaarde van aansluiting bedongen worden, die
bepaling te doen vervallen, en de door de gemeente
te maken winst, door deze zelf te laten regelen.
Mijnheer de voorzitter, mocht ik bij den aanvang
mijner rede te kennen geven dat in het schrijven van
burgemeester en wethouders geen enkel voordeel werd
genoemd, dat aan de aansluiting van Breda bij de
provinciale centrale voor onze gemeente verbonden zou
zijn, wel worden daarentegen allerlei bezwaren ver
meld, die ik meen niet onweersproken te mogen laten.
In de eerste plaats wordt gezegd dat de stroom-
prijs in gemeenten met groot maximumverbruik te
weinig verschilt met dien in kleinere gemeenten.
Die opvatting kan ik niet deelen en met een
voorbeeld wil ik de voorgestelde wijze van becijfe
ring duidelijk maken om daardoor mijne zienswijze
te motiveeren. Ik neem daartoe een willekeurig geval.
Stel 7 gemeenten die ieder een maximale kracht
verbruiken van 50 KW en daartegen eene gemeente
die alleen evenveel KW zal behoeven. De 7 ge
meenten te zamen zullen per jaar te betalen hebben
7 X 50 X f 80,f 28000,terwijl de eene
grootere gemeente zal verschuldigd zijn per jaar
50 KW a f 80,— per KW f 4000,—
4-
50
70
- 3500,—
50
60,
- 3000,—
200
50
- - 10000,—
dus een totaal
van f20,500,--