2 September 1913. benoeming tot burgemeester dezer gemeente. Spreker doet dit niet alleen namens den raad, maar ook namens het overgroote deel der Bredasche bevolking, hetwelk deze herhenoeming ongetwijfeld met vreugde heeft begroet. Spreker hoopt, dat het den voorzitter moge gegeven zijn nog vele jaren met denzelfden jeugdigen ijver in het belang der gemeente Breda werkzaam te zijn. Verschillende moeielijke vraagstuk ken zullen binnen niet al te langen tijd aan het oordeel van den raau onderworpen worden, waartoe in het bijzonder mag gerekend worden de kwestie in zake de electrische centrale. Spreker hoopt, dat het den voorzitter moge gegeven zijn die zaak in het belang van Breda tot eene goede oplossing te brengen en spreekt den wensch uit, dat hij op den ingeslagen weg zal blijven voortgaan, om het welzijn van Breda te helpen bevorderen. De heer SCHELTUS wijst er op, dat hij bijna dagelijks getuige is van het streven van den voor zitter, om de gemeente Breda steeds in bloei en voorspoed te doen toenemen. Toen de heer van Lanschot, nu zes jaar geleden, tot burgemeester dezer gemeente werd benoemd, vroeg men zich af, of hij wel de noodige tact en bekwaamheid zou bezitten, om de teugels van het bewind in deze gemeente te aanvaarden. Reeds spoe dig bleek .echter, dat de heer Van Lanschot vol komen op de hoogte was van het geheele gebied, waarover de bemoeiingen van den burgemeester zich uitstrekken. Gedurende het afgeloopen zesjarig tijdperk is in deze gemeente veel ten goede veranderd. De finan ciën der gemeente zijn belangrijk verbeterd ver schillende openbare werken zijn uitgevoerd, zonder 268

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1913 | | pagina 268