2 September 1913.
271
De heer SASSEN zegt, dat hij aanvankelijk om
gezondheidsredenen bezwaar had eene eventueele
benoeming aan te nemen, hoewel hij daartoe van
verschillende zijden was aangezocht. Nu echter uit
de groote meerderheid is gebleken, dat de raad hem
waardig acht, dit gewichtig ambt te bekleeden, ver
klaart hij zich bereid de benoeming aan te nemen,
onder dankbetuiging voor het groote vertrouwen, dat
de leden in hem gesteld hebben en onder voorbe
houd, dat, wanneer zijn zwakke krachten mochten
te kort schieten, hij geen oogenblik zal aarzelen om
de functie neder te leggen.
De voorzitter wenscht den heer Sassen ge
luk met de benoeming. Spreker is er van overtuigd,
dat de heer Sassen met evenveel ijver, als zijn voor
ganger, de heer Rombouts, die dezer dagen, tot
aller genoegen, zoo'n hooge Koninklijke onderscheiding
heeft ontvangen, zijne taak zal vervullen. Herhaal
delijk heeft de heer Sassen in verschillende com-
missiën blijk gegeven van zijn ijver in het bevorderen
der belangen van Breda en hij zal dit zeker in niet
mindere mate toonen, nu de raad hem tot wethouder
heeft benoemd.
De heer SASSEN dankt den voorzitter voor zijne
hartelijke woorden en neemt alsnu de wethouders
plaats in.
Alsnu stelt de voorzitter aan de orde
A. Ingekomen stukken.
1Besluiten van de gedeputeerde staten van
Noordbrabant, als
a. in dato 14 Augustus 1913, G. no. 25, hou
dende goedkeuring van het raadsbesluit van 5 April jl.