raad is genomen ten opzichte van de benoeming van een deskundige. Spreker kan niet verhelen, dat dit besluit hem onaangenaam getroffen heeft, omdat hij in het algemeen het recht van den raad niet verkorten wil. Orn die reden is spreker van oordeel, dat de raad, ter wille van de nieuwe raadsleden, verplicht is het voorstel-van Hulten aan te nemen, omdat daardoor aan den raad wordt teruggegeven, wat des raads is. In de toelichting van dat voorstel is te lezen, dat de electriciteitsvoorziening eene hoogst belangrijke zaak is. Er zal zeer veel tijd noodig zijn, om de kwestie ook van eommercieele zijde te bestudeeren. Waar nu in de vergadering van 16 Augustus j.l. de brochure van gedeputeerde staten door een der leden van dezen raad is genoemd een lectuur be neden peil spreker zal de toen gebezigde uit drukking niet herhalen daar is het te verwachten, dat het rapport van den deskundige een berg van geleerdheid zal zijn, waar vele leden niet zullen weten doorheen te worstelen. Dit is eene reden te meer tot grondige voorbereiding. Om die stof te verwerken, acht spreker behandeling van het rapport in de afdeelingen dringend gewenscht. Daarom zou spreker aan den voorzitter, die zoozeer het belang der gemeente voorstaat, willen vragen, of het niet ais eene daad van hoffelijkheid is te beschouwen tegenover de nieuwe leden, die nog niet over de zaak hebben kunnen medespreken, om het voorstel- van Hulten thans aan te nemen. De voorzitter betoogt nogmaals, dat ten aan zien van het voorstel niets wordt beslist. Er wordt alleen voorgesteld, om het aan burgemeester en wethouders te verzenden om prae-advies. Daarna 288 2 September 1913.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1913 | | pagina 288