8 November 1913. men, welke geacht en aangenomen worden als de werkelijke waarde der respectievelijk daarvoor ver zekerde intresten op het oogenblik onmiddellijk vóór een onverhoopt ongeval. Ook wordt bij verzekering op beurspolis in beginsel toegepast, dat, met opzicht tot den inboedel, de schade zal worden geregeld naar een te goeder- trouw en naar beste weten van den verzekerde opgemaakte en geteekende opgave der goederen, welke opgaaf evenwel, desgevorderd, door den ver zekerde zal moeten worden be edigd. Doch in den regel zal de geassureerde kunnen volstaan met overlegging zijner boeken en zullen deze worden vertrouwd, tenzij deugdelijke gronden zouden aanwezig zijn om aan eene onjuiste opgave te gelooven. Spreker zou daarom bereid zijn voor verzekering op beurspolis eene hoogere premie te betalen. De heer LIJDSMAN wijst er op, dat bij elke soliede maatschappij de goede trouw van den ge assureerde wordt verondersteld en de schadever goeding op dezelfde manier wordt geregeld. De boeken moeten veelal den aanwezigen voorraad koop waren aantoonen. Voer zoover de waarde daarvan de verzekerde som niet overtreft, wordt de schade vergoeding uitbetaald. De heer MERKELBACH VAN ENKHUIZEN neemt gaarne akte van hetgeen door den heer Lijdsman is meegedeeld en vertrouwt in de loyauteit van meerdere Nederlandsche assurantie-maatschappijen, doch in 't algemeen is dergelijke schaderegeling niet zoo secuur, als wanneer de verzekering op beurspolis heeft plaats gehad. 349

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1913 | | pagina 349