384
5 December 1913.
„waarden hierboven in haar geheel aangehaald op
„grond van het gemeentelijk subsidie ook voor de
„toekomst te behouden.
„Wij hebben de eer U mitsdien voor te stellen om
„le. afwijzend te beschikken op de verzoeken
„om verhooging van het jaarlijksch subsidie
„2e. gunstig te beschikken op het andere deel
„van het tweede verzoekschrift en te bepalen, dat
„de voorwaarde sub. 3o van het raadsbesluit van
„26 Mei 1911 betrekkelijk het subsidie voor de
„Bredasche kook- en huishoudschool voortaan zal
„gelezen worden, als volgt
„„dat aan leerlingen, wettige woonplaats hebbende
„„in de gemeente Breda bij de toelating steeds de
„„voorrang zal worden gegeven."
De voorzitter stelt dit punt aan de orde.
De heer STULEMEIJER zegt dat de onderwerpe-
lijke zaak hem zeer svmpathiek is, omdat zij een
algemeen sociaal belang raakt. Het bestuur der
huishoudschool legt er zich op toe, om van de
meisjes goede huisvrouwen te maken en vooral ook
de volksklasse te leeren een goeden pot eten te
koken. Dat hieraan nog heel wat ontbreekt, kan
men nagaan uit de algemeene klacht van onze huis
vrouwen, dat er zoo weinig dienstboden te vinden
zijn, die een behoorlijk maal kunnen bereiden.
Van groot sociaal belang is zoodanige inrichting
ook voor den werkman, omdat hier de toekomstige
arbeidersvrouwen worden opgeleid tot huisvrouwen,
in staat om den man, na zijne vermoeiende dagtaak,
een voedzaam en behoorlijk toebereid maal te ver
schaffen.
Op 26 Mei 1911 heeft de raad besloten aan deze
huishoudschool eene j aarlij ksche subsidie toe te kennen