5 December 1913. 395 zoodanig volgens de wet f 100,salaris meer geniet dan andere onderwijzers. Maar voor plaatsver vangend hoofd moet hij worden aangesteld. Dat is geschied. Burgemeester en wethouders hadden even goed een ander kunnen aanwijzen. Indertijd is ook de heer Mondt wegens ziekte door een der leeraren tijdelijk vervangen, die daarvoor eene extravergoeding genoten heeft. Niemand der leden tegen het voorstel eenige bedenking hebbende, wordt dien overeenkomstig besloten. 17. Voorstel van burgemeester en wethouders, tot toekening eener toelage aan den secretaris van het brandweer-college, luidende als volgt: „Door het brandweercollege is ons de wensche- „lijkheid te kennen gegeven, dat de vele werkzaam heden, waarmede de secretaris van dat college is „belast, niet meer, zooals tot dusver geheel kosteloos „zouden worden verricht, maar dat hem, in even redigheid tot de verleende diensten, eene billijke „vergoeding daarvoor zou worden toegekend. „Aangetoond werd, dat de secretaris van het „tegenwoordig college de geheele administratie heeft „te voeren, welke administratie omvat, het houden „van notulen der vergaderingen, het ontwerpen, „verzenden en boeken van ingekomen stukken, het „maken en bijhouden van loonlijsten, telephoonlijsten, „betalingsstaten, oproepingen voor vergaderingen en „oefeningen, inventarislijsten, rapporten en jaar verslag. „Met uitzondering van het houden der notulen, „het doen der oproepingen en het opmaken van het „jaarverslag, werden die werkzaamheden vroeger „verricht op het bureau van gemeentewerken.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1913 | | pagina 395