nemen, dat de exploitatie voor adressant eenig voor deel zal opleveren en zou dus niet weten, welke stadgenoot er door benadeeld kan worden. De heer VAN HULTEN wijst er op, dat hij niet is tegen het plaatsen eener kiosk, als door den aan vrager bedoeld, maar tegen de plaats, waar nu het urinoir zal worden gesteld. De heer STULEMEIJER zegt, dat het plan uit een oogpunt van sociaal belang zeer is toe te juichen. De werklieden zullen daar voor goedkoopen prijs een glas melk of koffie kunnen krijgen en niet meer genoodzaakt zijn voor dat doel eene kroeg binnen te gaan. De heer LIJDSMAN acht het niet onmogelijk, dat sommige ingezetenen nog andere bezwaren heb ben tegen het verzoek, die dan nader overwogen zouden kunnen worden, als het verzoek werd aan gehouden. De heer FEBER begrijpt de urgentie van de zaak niet. Adressant vraagt vergunning voor den verkoop van zuivelproducten en chocolade. Dat is zeer rek baar. Ware het alleen maar verkoop bij het glas, dan zou daartegen niet zooveel bezwaar bestaan, doch de mogelijkheid kan ook bestaan, dat adressant er onder begrijpt kaas, chocolade in tabletten enz. Als zoodanig kan de inrichting een concurrentie worden voor verschillende neringdoenden. Het voorstel van burgemeester en wethouders wordt alsnu in stemming gebracht en aangenomen met 16 tegen 4 stemmen. 402 5 December 1913.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1913 | | pagina 402