lu 20 December 1913. Tegenwoordig de heeren F. C. J. VAN HULTEN, F. A. M. J. SMITS, A. C. BOM, mr. P. M. J. E. BLOEMARTS, J. B. M. MERKELBACH VAN ENK- HUIZEN, W. J. H. FEBER, A. VAN BAVEL, C. L. STULEMEIJER, A. J. M. VAN IERSEL, mr. W. INGENHOUSZ, A. P. SCHELTUS, H. A. SASSEN, W. J. SLECHTRIEM, L. J. STAAL, J. LIJDSMAN, W. J. A. LOOMANS, jhr. mr. A. REIGERSMAN, J. J. L. TEYCHINÉ, N. J. H. VAN GROENENDAEL en J. M. INGENHOUSZ. Eéne vacature. Voorzitter de heer mr. E. P. VAN LAN SCHOT, burgemeester. Secretaris de heer H. H. JONKERGOUW. De voorzitter opent de vergadering en zegt, dat de notulen van het verhandelde in de ver gadering van 8 November 1913 overeenkomstig het bepaalde bij artikel 8 van het reglement van orde voor den gemeenteraad, ter inzage voor de leden hebben gelegen en hun bovendien in afdruk zijn toegezonden en vraagt, of iemand der leden alsnog voorlezing daarvan verlangt, of eenige bemerking daartegen in het midden heeft te brengen. Dit niet het geval zijnde, worden de notulen van voormelde vergadering goed gekeurd en vastgesteld. ?oó~. C*.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1913 | | pagina 405