20 December 1913. 400 ductie van f 10,per 10 ton is toegestaan, omdat het contract voor langer termijn werd afgesloten, maar die reductie is eene fictie, omdat de prijzen toen zeer hoog waren en thans reeds dalende zijn. Vandaag beteekent die reductie reeds een verlies van f 10,a f 15,per waggon. Waarom moest men toen zoo vlug zijn bij de afsluiting van het contract Op spreker heeft het den indruk gemaakt, dat Breda zich heeft laten vangen door de slimme vogels uit Utrecht. Spreker heeft verschillende gasdirecteuren ge sproken, die ook een contract voor de levering van gaskolen hebben afgesloten. Maar zij hebben zich niet laten in timideeren door de heeren uit Utrecht. Zij hebben zooveel mogelijk de handen vrij gehouden, door ten deele ook kolen te koopen van Engelsche mijnen, of slechts voor een gedeelte te contracteeren. Het is ook veel rationeeler, dat men bij het af sluiten van een contract daarin eene zoogenaamde baisse-clausule opneemt en de handen voor een gedeelte vrij houdt. Spreker heeft zich afgevraagd, of er wel één industrieel, één steenkolenhandelaar te vinden is, die voor eigen rekening een contract zou durven afsluiten, als thans door de gemeente is gedaan. Hij zou de verantwoordelijkheid daarvan niet op zich durven nemen. Uit het contract blijkt ook, dat de steenkolen per waggon geleverd moeten worden. Waarom niet per schip Spreker berekent, dat dit van Duisburg of Ruhr or t 30 a 40 cent per ton voordeel zou hebben gegeven, een totaal voordeel van 5 a 6000, gulden per jaar. Men had dus ook loco-mijn prijzen kunnen vaststellen. Nu is het wel bekend, dat de steen-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1913 | | pagina 409