418
20 December 1913.
druk op te leggen, dat hij zijne inlichtingen niet heeft
gehaald uit eene bron, waar hij ze niet halen mocht.
Wat nu betreft de opvatting omtrent den bedrijfs
leider, hierover kan men van opinie verschillen.
Spreker is van oordeel, dat de manier waarop in
deze zaak gehandeld is, niet commercieel kan ge
noemd worden en daarom bracht hij in hoofdzaak
dit contract ter sprake. Indien het een particuliere
maatschappij betrof, dan zouden de commissarissen,
waar een bekwaam technicus aan het hoofd staat,
den directeur niet op die wijze behandeld hebben, als
thans door burgemeester en wethouders is geschied.
Ten slotte geeft spreker toe, dat het zeer moeie-
lijk is, om buiten de steenkolenhandelsvereeniging
gaskolen uit Duitschland te betrekken, maar men
kan ze ook uit Engeland laten komen. Bovendien
blijft spreker van meening, dat het contract niet is
in het voordeel van Breda.
De voorzitter doet opmerken, dat toen het
contract indertijd bij den raad kwam, deze wel over
tuigd was van het voordeel, dat hierin voor de ge
meente was gelegen. Op dit oogenblik zijn de prijzen
niet omlaag. Er wordt gecontracteerd met April en
de dan vastgestelde prijzen gelden voor het heele
jaar. In hoever de gemeente door het afsluiten van
een contract voor drie jaren zich bevoordeeld heeft,
zullen de feiten moeten uitwijzen. Men kan daarvan
thans geene zuivere rekening maken.
Bij den aankoop van kolen heeft men de keuze
tusschen het syndicaat en Engelsche kolen. Wat deze
laatste betreffen, werd door de fitters in het afge-
loopen jaar erg geklaagd over de slechte hoedanig
heid van het gas.
Wat aangaat de opmerking, dat burgemeester