20 December 1913. 419 en wethouders den directeur niet geheel en al als bedrijfsleider erkennen, wijst spreker erop, dat zij niet van plan zijn anders te handelen. De directeur is pas twee jaar hier en heeft van gasfabricage nog weinig ondervinding. Bovendien is de aankoop van steenkolen eene zuiver commercieele zaak, die heel goed door burgemeester en wethouders kan worden afgedaan. Als men zich altijd houden moest aan de adviezen van den directeur, dan zouden burgemeester en wethouders slechts een registratiebureau van die adviezen zijn. Te Hilversum en in Den Bosch heeft men de ondervinding opgedaan wat de gevolgen zijn, als men een directeur geheel vrij laat. De heer STULEMEIJER zegt, dat er een groot verschil bestaat tusschen toezicht en leiding. Spreker zal de laatste zijn om te beweren, dat er geen toe zicht noodig is, doch wat de leiding aangaat, moet men geen andere personen stellen in de plaats van den directeur. En nu heeft de wijze waarop dit contract is afgesloten en het geheele debat over deze kwestie op spreker den indruk gemaakt, dat er geene goed geregelde leiding aan de fabriek is. Wat nu de kwaliteit der Engelsche kolen betreft, hecht spreker meer waarde aan het oordeel van een technicus, dan aan het praatje van een werk man. Ook blijft vaststaan, dat de directeur niet geadviseerd heeft tot aankoop, maar tot onder handelen. De heer SASSEN begrijpt niet, waar de heer Stulemeijer met de bedrijfsleiding heen wil. Is het dan zijne bedoeling, dat de directeur de kolen koopt, vraagt spreker.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1913 | | pagina 419