54 21 Februari 1913. „Wij kunnen alzoo geene vrijheid vinden U eenig „voorstel te doen, om in de bestaande regeling „verandering te brengen." Zonder bedenking wordt besloten over eenkomstig dit voorstel. 15. Prae-advies van burgemeester en wethouders op het adres van het hoofdbestuur der Nederlandsche vereeniging tot afschaffing van alcoholhoudende dranken, verzoekende in de bestekken van aanbeste ding van gemeentewerken de bepaling op te nemen, dat het ten strengste verboden is op die werken alcoholhoudende dranken te gebruiken. In dit prae-advies wordt voorgesteld op het adres afwijzend te beschikken, op grond, dat in de be stekken reeds de verbodsbepaling voorkomt omtrent het gebruik van sterken drank, aan welke bepaling streng de hand gehouden wordt, terwijl de noodza kelijkheid eener verbodsbepaling, als door adressant bedoeld, zich alhier nog niet heeft doen gevoelen en naar het oordeel van burgemeester en wethouders ook te ver gaat. De heer VAN HULTEN kan zich niet vereenigen met hetgeen aan het slot van het prae-advies wordt medegedeeld, dat zoodanige verbodsbepaling niet noodzakelijk is. De gemeente moet in deze voorko mend optreden. Het schijnt nog altijd als eene soort van privilegie te worden beschouwd bij de grond werkers en de werklieden in de bouwvakken, dat zij niet kunnen werken zonder drank. Waarom zij niet, en anderen wel Het komt spreker dan ook wel noodzakelijk voor, de gewenschte verbodsbepaling in de bestekken te doen opnemen.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1913 | | pagina 54