21 Februari 1913. 57 „stand gebracht. Daarvan getuigen de verschillende „instellingen, door die vereeniging in het leven „geroepen en de resultaten daarmede verkregen. „Ontegenzeggelijk is dan ook de tuinbouw in deze „streken in de laatste jaren met reuzenschreden „vooruitgegaan, hetgeen aan de nijvere bevolking „van de Baronie zeer ten goede komt. „Eene goed georganiseerde en met zorg samen- gestelde tentoonstelling kan aan de verdere ont wikkeling van den tuinbouw slechts bevorderlijk „zijn en de belangstelling wekken van hen, die zich „met deze cultuur onledig houden. „De vraag, of eene tentoonstelling, zooals het „adresseerend bestuur zich voorstelt te houden, voor „de gemeente Breda van zoodanig belang is, dat „het toekennen eener subsidie om het welslagen te „bevorderen, gewettigd is, kunnen wij niet anders „dan bevestigend beantwoorden. „Op de eerste plaats wordt de tentoonstelling „gehouden in een tijdperk, dat men zich alom in „den lande opmaakt, om de 100-jarige onafhanke lijkheid van Nederland op waardige wijze te her denken en een beeld te geven van de wijze, hoe „de lange vreedzame periode heeft ingewerkt op „de ontwikkeling van de bevolking. „Duizende vreemdelingen zullen in dat tijdperk „ons land bezoeken en hunne schreden richten naar „die plaatsen, waar hun de Nederlandsche industrie „en nijverheid aanschouwelijk worden voorgesteld. De groote omvang van de tentoonstelling en de „veelzijdige belangstelling en medewerking, waarin „zij zich nu reeds mag verheugen, waarborgen on getwijfeld een druk bezoek. „Het valt dus niet te ontkennen, dat het directe „voordeel, hetwelk aan de te houden tentoonstelling

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1913 | | pagina 57