te 16 31 JANUARI 1914. De heer VAN BAVEL vindt het bedrag miniem in aanmerking nemende het aantal dagen, meestal Zondagen, waarop de buitengewone werkzaamheden zijn verricht. Spreker ondersteunt derhalve het voorstel van den heer van Huiten. Aangezien dit voostel door geen der andere leden wordt ondersteund, kan het geen punt van behandeling uitmaken. Zonder verdere bedenking wordt alsnu besloten overeenkomstig het voorstel van burgemeester en wethouders. 19. Schrijven van burgemeester en wethouders, daarbij machtiging verzoekende om de overeenkomst tot levering van gas aan de gemeente Princenhage, waarbij o.m. als voorwaarde werd gesteld, dat het gas zou worden afgeleverd aan de grens der gemeente nabij het Dijkje over een aldaar te plaatsen meter, te wijzigen in dien zin, dat de meter zal mogen wor den opgesteld in het gebouw der tegenwoordige aëro- geengasfabriek aan den Bredaschen weg, onder voor waarde, dat op de voedingleiding, loopende vanaf het Dijkje tot aan het gebouw der aërogeengasfabriek, geene huisaansluïtingen worden gemaakt. Zonder bedenking wordt besloten de ge vraagde machtiging te verleenen. 20. Schrijven van burgemeester en wethouders, daarbij, in verband met het bepaalde in art. 59 van de pensioenwet voor de gemeente-ambtenaren 1913, voorstellende aan de beide hoofden der herhalings scholen, de heeren A. J. van Roessel en J. F. T h ij s s e n en aan den gemeente-archivaris, den heer

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1914 | | pagina 16