20 JUNI 1914. 179 „jaarwedde, waarop hij volgens de bestaande salaris- regeling aanspraak maakt, eene personeele toelage „zal worden toegekend van f 400.'s jaars, welke „toelage bij alle toekomstige salarisregelingen gehand haafd blijft, ook in het geval, dat de lioogere burger school door het Rijk mocht worden overgenomen, „echter met dien verstande, dat het aantal wekelijksche „lesuren boven de 25, tot een maximum van 28, geene „verhooging van bezoldiging tengevolge heeft. „Indien Uwe vergadering zich met dit voorstel kan „vereenigen, geven wij U tevens in overweging de per soneele toelage als vaste wedde aan te merken en „mitsdien in den pensioensgrondslag op te nemen. „De verschillende sollicitatiestukken zijn mede hierbij „gevoegd." De VOORZITTER wenscht dit punt vooraf in be sloten vergadering te behandelen en schorst mitsdien de openbare zitting. Na heropening der vergadering stelt de VOORZIT TER voor, dit punt aan te houden tot eene volgende vergadering, wijl inmiddels gebleken is, dat de aan beveling niet voldoet aan de eischen van art. 29 der wet op het middelbaar onderwijs. Dienovereenkomstig wordt besloten. 20. Schrijven van de gedeputeerde staten van Noord brabant, d.d. 14 Mei 1914, G no. 33, houdende be denkingen tegen de ingezonden verordening, betreffen de het toelaten van kinderen tot lichtbeeldenvertoo- ningen. Bij dit schrijven is gevoegd het volgende prae-advies van burgemeester en wethouders

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1914 | | pagina 179