218 b. zeven suppletoire kohieren wegens aanwezige beerputten en spoorstaven in den openbaren gemeente grond, opgemaakt krachtens art. 2 sub D en E vlan gemelde verordening, respectievelijk ten bedrage van f. 0.75, f. 0.50, f. 0 50, f. 0.75, f. 0.50, f. 0.50 en f. 0.75. 1 AUGUSTUS 1914. 26. Schrijven van burgemeester en wethouders, daar bij ter vaststelling aanbiedende: a. drie voljaarskohieren wegens rechten voor het gebruik van openbaren gemeentegrond voor het dienst jaar 1914, als: lo. wegens aanwezige beerputten, opgemaakt krach tens art). 2 sub D van de verordening op de heffing van een recht voor het gebruik van den openbaren gemeentegrond, vastgesteld bij raadsbesluit van 15 No vember 1902, goedgekeurd bij koninklijk besluit van 30 December 1902, no. 61, ten bedrage van f. 71. 2o. wegens aanwezige spoorstaven, opgemaakt krachtens art. 2 sub E van gemelde verordening, ten bedrage van f. 95.30'; 3o. wegens aanwezige kluizen enz., opgemaakt krachtens art. 2 sub C van gemelde verordening, ten bedrage van f. 46. Zonder bedenking worden gemelde kohie ren onveranderd vastgesteld. 27. Schrijven van burgemeester en wethouders, daar bij ter voorloopige vaststelling aanbiedende de reke ning van ontvangsten en uitgaven dezer gemieente over het dienstjaar 1913, vergezeld van de noodige beschei den en bewijsstukken en van een ontwerp-besluit, waar uit blijkt, dat de ontvangsten hebben bedragen

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1914 | | pagina 218