B OCTOBER 1914. 281 Ook verzet spreker zich tegen het voorstel, om aan <le verordening terugwerkende kracht toe te kennen tot 7 September. Daaraan zijn tal van bezwaren verbon den en de controle is hoogst moeilijk. Als het ontwerp aangenomen wordt, zal getracht worden het zoo spoe dig mogelijk in werking te doen treden. Eveneens bestaat bezwaar, om de benoeming der commissieleden door den raad te doen geschieden en zulks ter wille van de urgentie. Als het een definitief werkloozenfonds betrof, dan zou de zaak eenigszins anders zijn, doch om vertraging in de uitvoering te voorkomen, is het gewenscht de benoeming aan bur gemeester en wethouders over te laten. De heer STULEMEIJER, repliceerende, wijst erop, dat de voorgestelde uitkeering voor gehuwden feitelijk reeds te laag is. Spreker acht het voor een werkman onmogelijk, om van f6.per week rond te komen. We mogen echter niet boven de door den Minister aan gegeven bedragen gaan. Waar nu het eene bedrag van den Minister wordt aangenomen, moet er naar gestreefd worden, om de andere zoo nabij mogelijk te komen. Door den voorzitter is als voorbeeld genoemd een weekloon van f 3.60. Blijkbaar is dat een loon voor niet-vaklieden. Spreker gelooft niet, dat er vaklieden zijn, die zulke lage loonen verdienen en zeker niet, die aan werkloozenkassen bijdragen. Wat de levensbehoeften betreft, wijst spreker erop, dat de levensmiddelen steeds stijgende zijn, zoodat het kostgeld daarmede wel gelijken ,tred zal houden. Aangaande de uitkeeringen doet spreker opmerken, dat de gemeenten Haarlem, Arnhem, Schiedam en Hil versum de door den Minister aangegeven maximale be dragen hebben vastgesteld. Dit is ook het meest prac- tische. De Minister heeft gevraagd, om dat te geven.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1914 | | pagina 281