292 3 OCTOBER 1914. er nog een disciplinair optreden bij. En dan kan het soms moeielijk zijn, om persoonlijkheden te vermijden. Het voorstel van den heer REIGERSMAN wordt als nu in stemming gebracht, doch verworpen met 9 tegen 8 stemmen. Tegen stemden de heeren Van H u 11 e n, Bloe- marts, Van Bavel, Stulemeijer, Sassen, S 1 e c h11 r i e m, Staal, L ij d s m a n en J. M. I n- genHousz. Vóór waren de heeren Fr. Smits, Bom, Me r- kelbaeh van Enk huizen, Van Ierse!, Zijlmans, Loom an s, Reigersman en Tey- c h i n De heeren S c h e 11 u s en mr. W. IngenHousz hebben zich van medestemmen onthouden. De heer STULEMEIJER, alsnu het woord verkre gen hebbende, vreest niet, om de zaak in openbare vergadering te behandelen, wijl hij zich voorgenomen heeft, zoo zakelijk mogelijk te zijn. Ter wille der goede orde zal hij zijne rede in vier deelen splitsen, waarbij hij zich heeft voorgesteld de volgende vier vragen te beantwoorden. 1°. Heeft de directeur opzettelijk de bewuste 1500 ton kolen van Bueninck en Co. gekocht, om daardoor inbreuk te maken op het gezag en het recht als overheid van burgemeester en wethouders te mis kennen 2°. Heeft de directeur buiten zijne instructie gehan deld en daardoor de gemeente schade veroorzaakt 3°. Eischt het belang der gemeente afdoening dezer zaak Zoo ja, heeft dan de raad daartoe het recht 4°. Eischt het belang van den directeur ©veneens niet uitspraak in deze zaak door den raad

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1914 | | pagina 292