31 .JANUARI 1914.
3
„de plaats ingenomen van den heer van Keppel, een
„man, die begaafd was met een scherpzinnig verstand
„en wien het welzijn der gemeente zeer ter harte ging.
„Indien gij zijn voorbeeld volgt, dan ben ik er zeker
„van, dat de belangen der gemeente door U op uit
nemende wijze zullen behartigd worden.
„Een korten terugblik werpende op het afgeloopen
„jaar, moet ik allereerst herinneren aan de onafhan-
„kelijkheidsfeesten, welke hier ter stede op zoo luister
rijke wijze zijn gevierd en waaraan de bevolking, in
„al hare geledingen met de meeste opgewektheid heeft
„deelgenomen. Moge al een enkelen maal eenige ver
deeldheid heerschen, met genoegen valt te constateeren,
„dat, waar het betreft de herdenking van nationale
„feesten, de Bredasche bevolking steeds toont n te
„zijn in hare liefde en gehechtheid aam Vorst en
„Vaderland.
„Tot mijn leedwezen moet ik constateeren, dat de
„bevolking der gemeente in het afgeloopen jaar met
„66 personen is teruggegaan, hetgeen voor een groot
„gedeelte moet worden toegeschreven aan de vermin
dering van garnizoen.
„Het aantal geboorten bedroeg in 1911 701, in 1912
„762 en in 1913 731. Het aantal sterfgevallen van
„kinderen beneden het jaar bedroeg in 1911 125 en
„van kinderen van 14 jaar 31, samen 156, in 1912
„bedroeg het aantal sterfgevallen van kinderen beneden
„het jaar 86 en van 14 jaar 21, samen 107. In
„1913 bedroegen die cijfers respectievelijk 91 en 35,
„samen 126.
„Onder de voornaamste zaken, welke in het afge
loopen jaar met Uwe medewerking zijn tot stand
„gekomen, behooren de regeling, getroffen met de
„diverse tramwegmaatschappijen, de vaststelling van
„een nieuw reglement voor het burgerlijk armbestuur,
