14 MAART 1914.
67
Het voorstel van burgemeester en wethouders tot
afwijzende beschikking op het verzoek van den heer
M o o n e n, wordt alsnu in stemming gebracht en aan
genomen met 18 tegen 1 stemmen.
Vóór stemden de heeren van H u 11 e n, Bom,
Bloem arts, Merkelbach van Enkhui
zen, van Bavel, Stulemeijer, van Ier
se 1, mr. W. IngenHousz, Sassen, Slecht-
r i e m, Staal, L ij d s m a n, J. M. I n g e n H o u s z,
Z ij 1 mans, Loomans, Reigersman, van
Groene ndael en de voorzitter.
Tegen was de heer Teychiné.
23. Schrijven van burgemeester en wethouders,
daarbij aanbiedende het door den heer dr. A. C. van
R o s s e m uitgebracht rapport inzake de electriciteits-
voorziening in deze gemeente.
De VOORZITTER geeft in overwoging dit rapport
in eene volgende vergadering te behandelen.
De heer STULEMEIJER vraagt, of nog een voorstel
van burgemeester en wethouders kan worden tegemoet-
gezien.
De heer VAN HULTEN vraagt, of ook nog een
advies van de commissie voor de tramzaken te wach
ten is.
De VOORZITTER acht het niet raadzaam thans op de
zaak in te gaan, te meer, wijl hedenavond aan alle
leden nog eene belangrijke mededeeling betreffende de
electriciteitslevering zal worden toegezonden. Ook zal
de volgende week nog eene conferentie plaats hebben met
dr. van Rosse m.
Zonder verdere bedenking wordt alsnu
besloten overeenkomstig het voorstel des
voorzitters.