21 MAART 1914. 79 meester en wethouders ter goedkeuring worde aangeboden en onder bepaling, dat bij niet-vervulling van een dezer voorwaarden de verleende vergunning vervalt. 9. Prae-advies van burgemeester en wethouders op het adres van den Bredaschen Bestuurdersbond tot het instellen eener gemeentelijke arbeidsbeurs, luidende als volgt „Bij Uw besluit van 8 Mei 1909 werd om prae-advies „in onze handen gesteld het hierbij teruggaand adres „van den Bredaschen Bestuurdersbond, verzoekende te „willen overgaan tot het instellen van eene gemeenta- „lijke arbeidsbeurs. „Wil eene dergelijke instelling met vrucht kunnen „werkzaam zijn, dan is, zoo overwogen wij, met het „oog op de bestaande grensregeling, daartoe allereerst „noodig de medewerking en deelneming van de omlig gende gemeenten. „Te dien einde hebben wij ons gericht tot de ge meentebesturen van Teteringen, Princenhage, G intre kken en Terheijden, van welke besturen de ingekomen „berichten hierbij worden overgelegd. „Alleen de gemeentebesturen van Teteringen en Princenhage hebben zich in beginsel tot mede- merking bereid verklaard. „Daarna hebben wij het advies ingewonnen van de „Kamer van Arbeid voor de bouwbedrijven alhier, „welk lichaam ons als hare meening te kennen gaf, dat „voor geen der bedrijven, in hare Kamer vertegen - „woordigd, de oprichting eener arbeidsbeurs noodzake lijk kan worden geacht. „Opgemerkt zij, dat tot het gebied, waarover de „werkkring van gemelde Kamer zich uitstrekt, ook

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1914 | | pagina 79