88
21 MAART 1914.
zeres, die, weduwe geworden, nog moeder denkt te
worden.
In zoo'n geval ware'het gewenscht, dat de onder
wijzeres, die dan in den regel wel uitsluitend van hare
betrekking zal moeten leven, in het volle genot bleef
van hare jaarwedde, mits zij geen aanspraak kan ma
ken op een of ander weduwenpensioen. Spreker doet
het voorstel, om de verordening in dien geest aan te
vullen.
De heer FEBER meent, dat aan het bezwaar van
den heer Z ij 1 m a n s kan worden tegemoet gekomen,
door de geheele tweede zinsnede van art. 12 te laten
vervallen. Afgaande op het feit, dat gehuwde onder
wijzeressen worden toegelaten, kan spreker niet inzien,
waarom aan eene zieke onderwijzeres tijdens haar ver
lof wel, en aan eene zwangere onderwijzeres niet het
volle salaris zou worden uitgekeerd.
De heer ZIJLMANS kan zich met dit denkbeeld wel
vereenigen en trekt alsnu zijn voorstel in.
De door den heer F e b e r voorgestelde
wijziging wordt hierop zonder bedenking
goedgekeurd, waarna het aldus gewijzigd
artikel zonder hoofdelijke stemming wordt
aangenomen.
De heer FEBER wenscht in de artikelen 4, 8 en 9
het woord jaarlijks te doen vervangen door de
woorden per jaar. Dit is taalkundig meer juist en
sluit ook aan bij het bepaalde in art. 6.
De VOORZITTER zegt, dat tegen deze wijziging
geen bezwaar bestaat.
De voorgestelde wijzigingen worden hierop
goedgekeurd.