14 JULI 19,15. 133^ is en voor kleine minder goed gelegen plaatsen, maar voor Breda, dat goed gelegen is en waar men diligent kan zijn, bestaat dat belang niet. Burgemeester en wet houders moeten diligent zijn dat is in het belang van Breda. Toen al die aanbiedingen hier ter tafel lagen, had de burgemeester niet moeten zeggen ik zal wel zorgen, dat het gauw uit is met al die aanbiedingen ik zal naar Den Haag gaan en zorgen, dat er spoedig beslag op wordt gelegd. Dat was niet in het belang van de Bredasche gasfabriek. Burgemeester en wethouders hadden na de vergade ring van 25 Juni, reeds vroeger zelfs, op 7 Juni, toen het bekend was, dat de gecontracteerde hoeveelheid niet meer zou geleverd worden, moeten zorgen, dat kolen werden gekocht. Alle andere gasfabrieken hebben voor raden voor maanden. Dat is echter niet het geval met Breda, hetgeen eene fout is in het beheer. Als voor een behoorlijken voorraad was gezorgd, dan behoefde men hier niet te zitten redeneeren over aandeelen in de Kolenreserve-maatscliappij Het heeft bij spreker echter den indruk gewekt, alsof burgemeester en wethouders erop aangestuurd hebben, om zoo weinig mogelijk te koopen, teneinde daarna te kunnen aansluiten bij de Kolenreserve-maatschappij. Hoe geheel anders wordt er elders gehandeld. In Rotterdam heeft men gezorgd voor een grooten voorraad en aangekocht wat aangekocht kon worden. En toen op 7 Juli het beroemde persbericht verscheen, dat er beslag zou worden gelegd op alle hoeveelheden kolen, die buiten het Kolenbureau zouden worden inge voerd, ging er op 12 Juli een protest-schrijven van burgemeester en wethouders naar den Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel, van welk schrijven door spreker voorlezing wordt gedaan, hetgeen, naar hij mededeelt, geschiedt met medeweten van den bur gemeester van Rotterdam.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1915 | | pagina 133