14 Augustus 1915.
Tegenwoordig de heeren F. C. J. VAN HULTEN,
A. C. BOM, mr. P. M. J. E. BLOEMARTS, J. B. M.
MERKELBACH VAN ENKIIUIZEN, A. VAN BAVEL,
C. L. STULEMEIJER, A. J. M. VAN IERSEL, mr.
W. INGENHOUSZ, PL A. SASSEN, L. J. STAAL
J. LIJDSMAN, J. M. INGENHOUSZ, A. W. ZIJL
MANS, J. J. L. TEYCIIINÉ N. J. II. VAN GROENEN-
DAEL en A. P. SCIIELTUS, waarnemend burge
meester, voorzitter.
Afwezig de heeren F. A. M. J. SMITS, W. J. H.
FEBER, W. J. SLECHTRIEM, W. J. A. LOOMANS
en jhr. mr. A. REIGERSMAN.
Voorzitter de heer A. P. SCIIELTUS, waarnemend
burgemeester.
Secretaris de heer H. H. JONKERGOUW.
De VOORZITTER, de vergadering geopend hebben
de, deelt mede, dat berichten zijn ingekomen van de
heeren Reigersman en Fr. Smits inhoudende,
dat zij wegens uitstedigheid verhinderd zijn deze ver
gadering bij te wonen.
De VOORZITTER zegt, dat de notulen van het ver
handelde in de vergaderingen van 12 en 25 Juni en
14 Juli 1915, overeenkomstig het bepaalde bij art. 8
van het reglement van orde voor den gemeenteraad,
ter inzage voor de leden hebben gelegen en hun boven
dien in afdruk zijn toegezonden en vraagt, of iemand